En daar sta je dan met je tapijten in de winkel. Is dit nou wat ik wilde? Was het mij hier om te doen? Eigenlijk ben ik al tevreden als ik de dames in Marokko blij heb gemaakt. Maar zo werkt de wereld natuurlijk niet.

Vrienden zeggen vaak dat ze het mooi vinden wat ik doe. De wereld een klein beetje beter maken en mensen helpen. En dat ben ik natuurlijk met ze eens. Ik word er zelf ook blij van. Maar iedereen wordt pas echt tevreden als ik terug ga naar Marokko om de collectie aan te vullen, omdat ik zoveel heb verkocht. Maar dat gaat niet vanzelf.

Ondernemen is een vak apart. Je zult mij nooit horen zeggen dat het makkelijk is. Hoe schrijnend is het dat er steeds meer ‘te huur’ bordjes om je heen verschijnen als je net vrolijk je tijdelijke winkel hebt geopend? Dat doet je beseffen dat je moet zorgen dat je onderscheidend genoeg bent om voort te kunnen bestaan.

Hoe zorg je dat mensen niet alleen je tapijten bijzonder vinden, en het fijn vinden om ze even te aaien? Hoe zorg je dat ze het graag willen hebben, dat ze het echt gaan aanschaffen? Door meteen van wal te steken en ze het mooie verhaal van de vrouwen in de bergen te vertellen? Ik weet ook niet of ik daar zelf op zit te wachten. Het product moet eerst genoeg aanspreken om er meer over te willen weten. Of spreekt het meer aan als je het verhaal erachter kent? Een beetje de kip en het ei verhaal. Lastig.

Maar hoe dan ook wil ik heel graag terug naar alle coöperaties, en dat kan pas als de collectie van Fair Fabrics gaat slinken. Want alle opbrengsten worden opnieuw ingezet om inkopen te doen in Marokko. Dus hetgeen ik vooral probeer te doen is iedereen te overtuigen dat je helpt als je koopt, al is het maar een klein beetje.

En natuurlijk is het een voorrecht dat ik mag uitkiezen wat klanten in de winkel gaan aantreffen. En wat een geweldige beloning is het dan als ze een tapijt zo bijzonder vinden dat ze het thuis aan de wand gaan hangen!